Ganzen
Bij de dierenweide hebben wij 2 mannelijke sneeuwganzen. Gerrit is te herkennen aan de roze kleur van zijn poten en
geen grijs in de veren. Boris is een beetje grijs aan de staart en heeft oranje poten.
De mannetjes noemen we 'genten' en vrouwtjes 'ganzen'.
Volwassen ganzen ruien alle slagpennen(vlieg-veren) tegelijkertijd en kunnen daardoor een aantal weken niet vliegen.
Ganzen kunnen tot 30 jaar oud worden, maar zijn pas vruchtbaar vanaf hun 1e levensjaar.
Ze eten alleen plantaardig materiaal (zoals gras, knollen en waterplanten). Ganzen trekken op in familieverband of grote
troepen en blijven hun hele leven bij elkaar in paren. De gans werd vroeger als waakvogel gehouden, aangezien zij erg
waaks zijn en hard met hun vleugels kunnen slaan, ook maken ze erg harde geluiden om te waarschuwen. Een tamme gans kan wel
40 tot 60 eieren per jaar leggen. Vroeger werden ganzen veren als pen gebruikt, een veer werd dan schuin afgesneden en in
een inktpot gedoopt.
Groenten wat ganzen erg lekker vinden zijn: fijn gesneden andijvie, boerenkool, witlof, sla, spinazie of wortel.
Verzorging van een gans
Dagelijks:
- Zorg voor een stuk gras in de leefomgeving, het grootste deel van het dieët van de gans bestaat uit gras.
- Een klein hoeveelheid brood mag per dag (in stukjes opgebroken).
- Dagelijks vers water geven.
- Een beperkt hoeveelheid korrels (gebaseerd op de leeftijd van de ganzen) in stevige bak.
- Een badgelegenheid (bijv. vijvertje) met vers water (vrij van alg en ganzen-poep) zodat de ganzen zich kunnen wassen.
Naar eigen inzicht:
- Bij de eerste keer is het is aan te raden een koppel volwassene ganzen te nemen, kuikens hebben een opvoeding nodig.
- In het legseizoen is grit/kiezel aangeraden.
- Beschutting voor heet (tegen zon)/koud weer.
- De hok/de wei goed en vrij van poep schoonhouden.
- Vaccinatie tegen ziektes zoals de eendenpest en vogelgriep.
Wees voorzichtig als je in de buurt komt bij een gans, ze kunnen behoorlijk agressief/waakzaam reageren.